Interview | De Onkruidenier

Jonmar van Vlijmen (1980) en Ronald Boer (1981) zijn kunstenaars en oprichters van De Onkruidenier. Ze verzamelen verhalen en geschiedenissen van planten met als doel om “onkruid” weer een waardevolle betekenis te geven in de maatschappij. Door systemen te bevragen en te speculeren over aquatische cultuur proberen ze tot nieuwe inzichten te komen over de relatie tussen mens en natuur.  Zo startte de Onkruidenier in Amsterdam-Noord het project ‘Buurtsuper’, niet als traditionele buurtwinkel, maar als collectieve zoektocht naar de relatie tussen stadsmensen en stadsplanten. Afgelopen maanden hebben Jonmar en Ronald planten gekweekt die nu in een aantal tuinbakken op de werf staan die onderdeel uitmaken van de NDSM Zomerwerf.

Zo’n zeven jaar geleden verhuisden Jonmar en Ronald naar hun huidige woning. Tijdens deze verhuizing werd de hele inhoud van hun boekenkast doorgespit en gesorteerd op waarde. In het proces stuitten de twee op een boekje dat de koers van hun verdere carrière zou bepalen. “We verhuisden naar een kleiner huis, maar kregen daar een hele grote tuin voor in ruil. Er moesten veel spullen weg en we hadden ook veel te veel boeken. Terwijl we bezig waren met opruimen, kwam ik een boekje tegen dat ik ooit van mijn oma had gehad. Dit boekje heet ‘Elsevier’s Gids voor Wilde Groenten, Vruchten en Kruiden’. Deze werd in de jaren 80 in een hele grote oplage gedrukt en verspreid. Naast mooie illustraties van onkruiden, zit er achterin dit boekje een hoofdstuk met allerlei recepten waarin onkruid zit verwerkt. Denk hierbij aan sausjes, brandnetelkroketten en allerlei likeuren. Ik vond dat wel fascinerend”, zegt Jonmar.

Jonmar en Ronald hebben beiden een achtergrond in landschapsarchitectuur en zijn na het ontdekken van het boekje anders naar planten gaan kijken. “In de periode dat wij ons bezighielden met landschapsarchitectuur leerden we duizenden bomen, struiken en planten kennen. Wij moesten hiervan de namen en eigenschappen leren en we moesten ook weten hoe deze soorten er in verschillende seizoenen uitzien. Dit is natuurlijk erg gericht op hoe je een landschap inricht waarbij de nadruk ligt op functionaliteit. Toen ik dat boekje van mijn oma bestudeerde, ging ik heel anders naar de plantenkennis van mijzelf kijken”, aldus Jonmar. “Daarnaast is er zoveel gebeurd in het vakgebied. Het veranderende klimaat speelt een steeds grotere rol. Bovendien moeten we nadenken over onze waterhuishouding, over verhitting in de stad en een afnemende biodiversiteit op het platteland, die in de stad juist weer toeneemt. Een landschap ziet er voor een groot deel op een bepaalde manier uit door de landbouw die we voeren. Ik denk dat we dat kunnen vertellen door de planten die er groeien. Dat is toch altijd de rode draad in ons werk”, vertelt Ronald.

Met hun werk probeert De Onkruidenier onze leefomgeving en het landschap waar we onderdeel van zijn beter te begrijpen. “Er is een soort interactie tussen ons en het ecosysteem. We zijn er onderdeel van en we oefenen er invloed op uit. Door mensen te vertellen waarom een bepaalde plant op een specifieke plek een verhaal mee draagt, snapt men beter waarom een plek eruitziet zoals die eruitziet”, zegt Ronald. De Onkruidenier organiseert workshops en expedities in de (stedelijke) natuur om mensen inzicht te geven in de bruikbaarheid en mogelijkheden van lokaal groeiende planten.

Er is een hele andere generatie die niet meer haar carrière of de economie op de eerste plaats zet. Andere dingen worden belangrijk en we zien onszelf niet meer als het centrum van het universum.

“Toen wij studeerden, waren er grootse stadsarchitecten die de stad beschouwden als de ultieme plek om jezelf optimaal te kunnen ontwikkelen. Rem Koolhaas heeft dit jaar een boek geschreven, waarin hij juist benadrukt hoe waardevol het rurale gebied is en hoe weinig mensen daar nog van weten. Ik denk dat je die wisselwerking ook echt nodig hebt en dat is ook iets waar wij de afgelopen jaren continu mee bezig zijn geweest. Het is mooi om te zien dat denkpatronen nu heel anders zijn. Er is een hele andere generatie die niet meer haar carrière of de economie op de eerste plaats zet. Andere dingen worden belangrijk en we zien onszelf niet meer als het centrum van het universum. We worden er ons meer van bewust dat we veel zorg mogen dragen voor andere organismen om ons heen”, benadrukt Ronald.

Tijdens het doen van veldonderzoek houdt De Onkruidenier rekening met wat er op de plek groeit en welke mensen gebruik maken van het landschap. Jonmar en Ronald spreken bewoners, boswachters, boeren of andere experts die op een bepaalde manier verbonden zijn met het stuk land dat hun interesse heeft. Daarnaast speelt de historie van een gebied een gewichtige rol in hun onderzoek. “Heel veel planten zijn door de scheepsvaart uit andere continenten in de Amsterdamse haven terechtgekomen. Die planten hebben hier voet aan wal gekregen en zijn zich via de haven gaan vermeerderen en gaan inburgeren in Nederland, zegt Jonmar. “Zo blijkt dat er tussen de straatstenen in de stad het gewas ‘Sorghum’ groeit. Dit is een soort gras wat als staple food dient in bepaalde landen in Afrika. Nu is dat een hele hippe superfood aan het worden die is meegereisd en nu gewoon in de stadscultuur groeit”, vervolgt Ronald.

De NDSM-werf, met een ligging aan het IJ, is volgens De Onkruidenier een interessant terrein. “Dit gebied kent een rijke historie. Er werden hier schepen gebouwd en de haven was een knooppunt van import en export van producten. Hierin reisden ook planten en dieren mee”, vertelt Ronald. “Door de ligging is er een verbinding met de hele wereld wat al een mooi besef is wat aan mensen meegegeven kan worden”, zegt Jonmar. “Tegelijkertijd is het veranderende klimaat en een zeespiegel die vrij snel stijgt ook een belangrijk verhaal om te vertellen. Vroeger had Amsterdam in de grachten nog invloed van de getijden. Dat is inmiddels allemaal verdwenen door het aanleggen van de zeedijken, sluizen en dammetjes waarmee wij controle kunnen hebben. Maar kunnen wij nog wel vertrouwen op de zeedijken in de toekomst? Moeten wij niet naar een heel ander model voor de stad toe waarin water een grotere rol gaat spelen? Bovendien is de vraag hoe we ons daarop kunnen voorbereiden. Dan kun je weer naar het landschap kijken en het aanpassen aan wat wij nodig hebben. Maar misschien moeten wij het eens omdraaien, dat wij ons als mens gaan aanpassen aan een ander landschap en een veranderende leefomgeving”, zegt Jonmar. Dat laatste is iets waar De Onkruidenier met hun project SWEET – SWEAT sinds 2015 onderzoek naar doet. Dit project speculeert over de mogelijkheden van een nieuw type mens dat zich kan aanpassen aan een zouter wordend landschap.

De Onkruidenier wil mensen kennis laten maken met wat voor bijzondere kruiden er allemaal zijn. Een voorbeeld daarvan is de ‘Heemst’ waarvan Ronald en Jonmar er ook een aantal in een werftuinbak hebben aangebracht. Deze plant is op hun pad gekomen toen zij zich in 2016 begonnen te verdiepen in het Waterland in Amsterdam Noord, waar toen honderd jaar geleden een grote overstroming was geweest. “De overstroming bestond uit water uit de Zuiderzee en de afsluitdijk was er toen nog niet. Het zoute water heeft zo’n zes maanden in het gebied gestaan. We gingen in Waterland opzoek naar zoutminnende planten die zouden aanduiden dat er nog zout in de bodem zit en ergens op de dijk in Durgerdam vonden we uiteindelijk de Heemst”, verteld Jonmar. De Onkruidenier kwam erachter dat de Engelse benaming voor deze plant ‘marshmallow’ is. Een paar duizend jaar geleden waren het de oude Egyptenaren die de Heemstwortel oogstten in de Nijl-delta. Deze wortels droogden ze, vermaalden ze en mengden dat met eiwit en een zoetstof. Zo ontstond het eerste snoepje. “Nu proberen wij of we net als die Egyptenaren marshmallows kunnen maken en dat is onderdeel van onze praktijk geworden”, zegt Jonmar. “Volgens mij heb jij echt duizenden marshmallows gemaakt!”, lacht Ronald. “En geproefd! Ik heb de ideale marshmallow nog niet kunnen fabriceren, maar we blijven een poging wagen”, zegt Jonmar.

Ik denk dat er een ommekeer moet komen en dat we meer moeten gaan denken over hoe we een polycultuur kunnen toepassen en biodiversiteit weer kunnen gaan vergroten

De Onkruidenier werkt als een soort ecosysteem waarin veel partijen betrokken zijn in hun proces. “Ons werk is in zekere zin een soort avontuur waar we op een niet wetenschappelijke manier op onderzoek gaan en dingen vanuit een artistiek oogpunt bekijken”, vertelt Ronald. “We werken wel veel met wetenschappers samen en ik denk dat wij ook veel aan hun kennis hebben. Andersom horen wij van wetenschappers dat ze onze methode heel fascinerend vinden. Wij hebben geen stramien waar we rekening mee hoeven te houden, want we hoeven immers niet te publiceren. Er zijn geen randvoorwaarden of eisen waaraan we moeten voldoen, wat ons veel vrijheid geeft”, verklaart Jonmar.

Zoals De Onkruidenier in hun Urbanarium – hun eigen archief vol toepassingen van wilde planten – aantoont, is onkruid bruikbaar en kan het ook nog eens heel smaakvol zijn. Jonmar en Ronald houden zich dan ook erg bezig met waar het onderscheid tussen kruid en onkruid ligt. “Het gaat heel erg over de evolutie van een plant. Ik denk dat het verschil erg zit in dat sommige planten wel in cultuur zijn gebracht en andere planten niet, of nog niet, of vanwege bepaalde hedendaagse eisen die wij mensen stellen niet meer interessant zijn”, legt Jonmar uit. “En een voorbeeld van zo’n hedendaagse eis is dat het product een week voorverpakt moet kunnen liggen in de supermarkt. Heel veel ouderwetse bladgroente lenen zich daar helemaal niet voor. Zo’n plant moet je gelijk snijden en vers opeten”, legt Ronald uit. “We hebben dus een bepaald voedselsysteem gecreëerd waarbij het om productiviteit en efficiëntie in landbouw gaat. Daardoor krijg je een monocultuur. We hebben alles tot het perfecte af kunnen stemmen, maar dat is een kwetsbaar systeem. Ik denk dat er een ommekeer moet komen en dat we meer moeten gaan denken over hoe we een polycultuur kunnen toepassen en biodiversiteit weer kunnen gaan vergroten”, gaat Ronald verder. “Dat is een belangrijke missie in ons werk. Ik denk dat wat wij doen een belangrijk beroep is, wat in de toekomst hopelijk groter kan zijn. Dat is onze wens denk ik”, zegt Jonmar.

Bekijk hier de projecten en het Urbanarium van De Onkruidenier.

NDSM maakt gebruik van cookies. Bekijk ons privacy statement voor meer informatie.